
Politiek en diversiteit
Vanaf 1951 waren er verschillende overtochten met voornamelijk 3.578 KNIL-militairen, maar het waren zeker niet uitsluitend militairen, christenen of Molukkers (uit centraal-Molukken). Het plan was om de groep militairen en hun gezinnen in ieder geval tijdelijk naar Nederland te sturen. In sommige gevallen zelfs onder druk van een dienstbevel. Aangekomen in Nederland volgde militair ontslag en opvang onder vaak erbarmelijke omstandigheden, zoals in voormalig concentratiekampen. De Molukkers worden geïsoleerd van de Nederlandse samenleving. Er werd weinig gecommuniceerd over de duur van het verblijf en een oplossing.
Vanaf 1975 is het beleid van Nederland erop gericht om de Molukkers maar te laten integreren. Zo regelde een wet uit 1976 het permanente verblijfsrecht voor Molukkers en gaf hen ook de kans om gratis te naturaliseren. Nadat de Molukkers het gevoel hebben al 25 jaar aan het lijntje gehouden te worden gingen Molukse jongeren in de jaren 70 over tot actie. De bekendste actie is de treinkaping bij De Punt en de bestorming van de mariniers in 1977.
Een deel van de Molukkers is vandaag de dag nog steeds voorstander van een eigen onafhankelijke staat, de Republiek der Zuid-Molukken (Republik Maluku Selatan), of is daar in ieder geval solidair aan. Dit blijkt bijvoorbeeld uit de jaarlijkse viering van de RMS op 25 april en verschillende vreedzame acties gericht tegen het beleid in Indonesië. Organisaties als Amnesty International spreken zich niet uit of de Molukken bezet gebied is of een provincie van Indonesië, maar wel over de schending van de mensenrechten op de Molukken. Vrijheidsstrijder Johan Teterissa kreeg 15 jaar celstraf voor een vreedzame demonstratie waarbij hij de Molukse RMS-vlag vertoonde bij een evenement waarbij de toenmalige president Yodhoyono aanwezig was. Hierdoor laait de strijd voor een onafhankelijk Molukken bij een deel van de Molukkers in Nederland juist op.